Recensie Zomergasten (6): Linda de Mol

Traumhochzeit! Vooruit, Zomergasten is ook maar gewoon TV en wil derhalve kijkcijfers halen: zo gek is het dus niet dat na gasten uit de afgelopen jaren zoals Raoul Heertje, Paul de Leeuw en natuurlijk Katja Schuurman, dit jaar er ook weer een light-gast moest komen opdraven. Dat voor de Gooise Linda de Mol werd gekozen, is niet vreemd: mevrouw heeft er al een heel tv-leven opzitten, zodat iedereen haar kent en derhalve op kijkcijfers mocht worden gerekend waarbij die van Prinsen en Prinsessen zouden verbleken. Achteraf mochten de kurken knallen: met 892.000 kijkers bleek de De Moluitzending een regelrecht succes. Van tevoren rekende de redactie zich ook al rijk, want Linda plus een in het Gooi opgegroeide presentator zou vuurwerk opleveren waarbij de Franse kernproeven in volume zouden verbleken.

Maar ach, eigenlijk kon in het eerste halfuur, ja, zelfs in de eerste tien minuten reeds worden geconstateerd dat dat vuurwerk met een aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid uit zou blijven. In een van de eerste fragmenten, een stuk uit de geweldige documentaire “Pretpark Nederland”, werd een Zutphense schlemiel vertoond die een bed van chocolade ter beschikking had gesteld aan een paar koters, die hij vakkundig (en zonder enige goeie reden) achter een glazen deur liet wachten, anderhalf uur lang. Het fragment ontlokte Luyendijk de opmerking dat Linda zelve óók zou kunnen worden gezien als een bed van chocolade waar de doorsnee jan lul met de pet op mag liggen en van mag snoepen: haar leven lag immers op straat. Een intelligente opmerking van Luyendijk, maar De Mol, gekleed in een jurk met een décolleté waar Kelly zich niet voor zou schamen, zette de toon voor deze avond door er lekker helemaal niet op in te gaan en gladjes om de door Luyendijk opgezette val heen te zeilen.

En op die manier ging het wel vaker tijdens deze drie uur durende zitting: Luyendijk zette iets op, Linda zeilde er omheen, waarop Luyendijk weer met zijn typische, ergerlijke “jaaaaajajajaja” antwoordde en de in potentie geweldige dialoog liet doodbloeden als een per ongeluk door Dick Cheney geschoten fazant. De presentator pakte De Mol te vaak aan met fluwelen handschoenen, alsof John de Mol himself de directe baas was van Luyendijk die in staat was diens contract te verscheuren als Joris iets te stoute en vervelende dingen aan zijn zusje zou vragen.

Hoe verder de uitzending vorderde, hoe duidelijker het werd dat Luyendijk met zijn speldeprikjes geen gaten in het Schild De Mol kon slaan. Na ettelijke fragmenten kwam nog een andere vaste constante van deze uitzending pijnlijk aan het licht: of het nu ging om een fragment uit het geweldige “Extras”, een ontroerende uitzending van Paul de Leeuw, een irritante Michael Moore in “Bowling for Columbine” of een uitzending van “How to look good naked”: De Mol verzuimde steeds te vertellen wat haar band was met deze fragmenten, waarom ze nu juist díé momenten had uitgekozen voor Zomergasten, haar meest persoonlijke uren ooit op televisie. Veel verder dan “ik vind het zó móói!” kwam mevrouw in de meeste gevallen niet. Dat mag De Mol worden aangerekend, maar zeker ook Luyendijk: het gebeurde maar al te vaak dat de presentator amper de moeite nam om überhaupt dieper op het fragment in te gaan, laat staan dat hij vroeg wat de persoonlijke visie van De Mol was op de fragmenten.

Natuurlijk, bij enkele fragmenten deed hij dat wel, maar dat waren stukken waarbij het een schande zou zijn als er níet naar het grote Hoe en Waarom werd gevraagd. Zo schotelde De Mol de kijker beelden van haar vader voor, zanger en deelnemer aan de nationale finale voor het Eurovisie Songfestival. Vader bleek een veeleisend man te zijn die geen genoegen nam met minder dan het beste van het beste, en, zo vertelde Linda, op die wijze was zij ook opgevoed. Luyendijk vroeg hierop of ze daarom anno 2007 niet teveel hooi op haar vork nam. De Mol zeilde er weer eens vakkundig omheen, waarop Luyendijk slapjes besloot er later op terug te komen. Dat dat niet gebeurde, had een goudvis nog kunnen voorspellen, maar de slappe houding van Luyendijk in combinatie met het Tefalgedrag van De Mol bleek een op deze avond te vaak terugkerende dodelijke cocktail.

Zo halverwege de avond werd het Talpa-time: stoute broer John, die het leven van Luyendijk had verpest door Studio Sport van hem af te pakken, kwam ter sprake. Even leek Linda te breken toen ze vertelde over de laatste Talpa-uitzending, die gepresenteerd werd door Albert Verlinde, de man die in een column nog gehakt had gemaakt van die arme John. Maar voordat de wolkjes goed en wel de lucht wisten dicht te trekken, brak de zon alweer door. Ja, natuurlijk was het naar en ja, goh, het was toch wel apart om met Albert aan tafel te zitten, maar ja, we worden ook collega’s komend jaar, dus al te lang hoeft die wroeging óók weer niet te duren, en zo ging het maar door. Van Luyendijks gezicht viel bijna af te lezen dat hij die antwoorden ook wel kon invullen, maar tegelijkertijd zocht hij tevergeefs naar middelen om Linda aan het wankelen te brengen. Op een gegeven moment werd Luyendijk eerlijk, wat voor hem pleitte. “Ik geloof je, maar tegelijkertijd heb ik het idee dat ik word ingepakt,” meldde de presentator. De Mol reageerde niet eens verbaasd, ze leek zelf ook wel te weten hoe de verhoudingen lagen.

De fragmenten die nog zouden komen, zoals een scène uit “The Notebook” en een fragment uit het journaal over de Deventer Moordzaak, waar we Ernest L voor de tig-duizendste keer uit zijn stoeltje zagen springen, konden er ook al niet voor zorgen dat De Mol een mens van vlees en bloed werd. Slechts bij een fragment van Sunny Bergman, die door een Amerikaanse arts werd verteld wat er mis was met haar fysiek (alles), vertelde Linda een geheimpje: ja, lelijke mensen van Nederland, ook ík ben wel eens onzeker, ook ík weet wel eens niet hoe het moet in het leven en wat ik wil is vaak ook een vraag voor mij. Aan het eind van de uitzending bleek nog even dat Linda daadwerkelijk onzeker was: ze kon met de beste wil van de wereld niet vertellen of het een goede uitzending was geweest. De aimabele Luyendijk suste en wist haar ervan te overtuigen dat het wel degelijk goed was geweest, waarop Linda weer lachte en Joris ook lachte en de aftiteling begon te rollen, net zo langzaam als de uitzending voorbij was gerold.

Eerdere Zomergasten-recensies:

Alexander Rinnooy Kan
Bettine Vriesekoop
Abraham Moszkowicz
Hany Abu-Assad
Christine van Broeckhoven


Posted

in

by

Tags:

Comments

22 responses to “Recensie Zomergasten (6): Linda de Mol”

Leave a Reply